Is indoor skicentrum aansprakelijk voor letsel na val tijdens skiles?

Op 1 mei 2024 heeft de rechtbank Midden-Nederland zich gebogen over de vraag of een indoor skicentrum aansprakelijk is voor de schade van een bezoeker die tijdens een skiles letsel heeft opgelopen. Sophie Zuidam, advocaat bij Jeroen Bosch Advocaten gaat in op deze casus.

Feiten
De benadeelde heeft in de periode 2016 tot en met 2019 meerdere skilessen gevolgd bij een indoor skicentrum. De skibaan werd machinaal aangedreven. Benadeelde droeg tijdens de skilessen geen helm. In 2019 heeft de benadeelde een skiles gevolgd. Tijdens deze skiles verloor de benadeelde zijn balans en is ten val gekomen. Op dat moment was de baansnelheid 17 km/uur. Tijdens de val is de benadeelde met zijn hoofd op de skimat dan wel op de achterrol van de skimat terecht gekomen. De skileraar heeft de val gezien en heeft toen op de noodstop gedrukt waarna de skibaan tot stilstand kwam. De benadeelde raakte door de val ernstig gewond, lag drie weken in coma en heeft daarna een langdurige revalidatie ondergaan. De benadeelde heeft het indoor skicentrum aansprakelijk gesteld voor het ongeval.

Standpunt partijen
De benadeelde is van mening dat de skihal aansprakelijk is voor de materiële en immateriële schade die hij als gevolg van de val heeft opgelopen. Volgens benadeelde heeft het indoor skicentrum onrechtmatig gehandeld door onvoldoende veiligheidsmaatregelen te nemen. Interpolis, de bedrijfsaansprakelijkheidsverzekeraar van het indoor skicentrum, wijst de aansprakelijkheid van de hand omdat zij vindt dat de toedracht te onduidelijk is. Daarnaast stelde Interpolis dat het de verantwoordelijkheid van de benadeelde was om een helm te dragen en de risico’s van het skiën te aanvaarden. In de situatie dat er toch aansprakelijkheid volgt doet Interpolis een beroep op eigen schuld van de benadeelde.

Juridisch kader
Op grond van artikel 6:162 lid 1 Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) kan iemand aansprakelijk worden gehouden wanneer diegene een onrechtmatige daad jegens een ander pleegt. Een onrechtmatigheid houdt volgens artikel 6:162 lid 2 BW een inbreuk op een recht van een ander, handelen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt in. Een voorbeeld van onrechtmatigheid is gevaarzettend handelen. Aan de hand van de gezichtspunten die zijn geformuleerd in het Kelderluik-arrest (1965) wordt geoordeeld of er sprake is van een onrechtmatige gevaarzettingssituatie. De gezichtspunten zijn als volgt: de mate van waarschijnlijkheid dat iemand niet steeds de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid in acht zal nemen; de grootte van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan; de ernst van de mogelijke gevolgen van een ongeval; de mate van bezwaarlijkheid van de te nemen veiligheidsmaatregelen. Pas wanneer sprake is van een onrechtmatigheid en er wordt voldaan aan de overige vereisten van artikel 6:162 BW, is iemand aansprakelijk.

Wat oordeelt de rechtbank?
Voor de beoordeling van de aansprakelijkheid past de rechtbank de Kelderluik-criteria toe en oordeelt als volgt. Skiën, en met name indoor skiën, brengt aanzienlijke risico’s met zich mee vanwege de hoge snelheden en beperkte controle van de cursist over de baan. De kans op ongevallen is aanzienlijk, vooral omdat de skibaan machinaal wordt aangedreven en niet automatisch stopt bij een misstap. Daarnaast kan de val ernstige gevolgen hebben. Tot slot was het eenvoudig voor het indoor skicentrum om betere veiligheidsmaatregelen te nemen, zoals het handhaven van een helmplicht en actief toezicht hierop. Na het ongeval heeft het indoor skicentrum wel een helmplicht ingevoerd. De rechtbank oordeelt dat het indoor skicentrum onrechtmatig heeft gehandeld door onvoldoende veiligheidsmaatregelen te nemen. De rechtbank verwerpt het beroep op eigen schuld, aangezien het indoor skicentrum een zorgplicht had om actief het dragen van een helm te adviseren, zeker bij een risicovolle sport als skiën.

Conclusie
Het indoor skicentrum is volledig aansprakelijk voor de schade die de benadeelde heeft geleden en nog zal lijden door het ongeval. Er is geen sprake van eigen schuld aan de zijde van de benadeelde.

De uitspraak is op 5 september 2024 gepubliceerd en is hier terug te lezen.
Bron: Jeroen Bosch Advocaten
Geplaatst op 17-09-2024

< VorigeVolgende >


Share on: