Een ongeval in Oostenrijk, een rechtszaak in Nederland
In deze vakantieperiode genieten veel Nederlanders in het buitenland van zon, zee en strand en in de winter van Frankrijk, Oostenrijk of Zwitserland om te skiën. Helaas is een vakantie niet zonder risico’s en kan men ook in het buitenland een ongeval overkomen. Hoe het kan dat een Nederlander hier zijn rechten kan halen blijkt uit een afspraak van 30 juli van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Mariska Kamsteeg, advocaat bij Jeroen Bosch' Advocaten gaat in op deze casus.
Wat is er gebeurd?Op 10 januari 2016 zijn twee skiërs in Saalbach, Oostenrijk betrokken geraakt bij een skiongeval. Op 10 januari 2016 is de eiser in hoger beroep (“appellant”) op een rode de controle over zijn ski’s verloren en is schreeuwend de piste afgedaald, waarbij hij uiteindelijk in aanraking met het slachtoffer is gekomen. Appellant en het slachtoffer zijn daarop een steile helling afgegleden en onderaan tot stilstand gekomen. Het slachtoffer is eerst per skiscooter en vervolgens per ambulance naar het ‘Ambulatorium Glemmtal’ vervoerd. In het Ambulatorium zijn er röntgenfoto’s gemaakt en de diagnose sleutelbeenfractuur gesteld. Op 12 januari 2016 is het slachtoffer terug naar huis gevlogen en naar de Spoedeisende Hulp van het OLVG West gegaan. De breuk was zeer complex. Het slachtoffer op 20 januari 2016 geopereerd, waarbij de fractuur met een plaat is vastgezet.
Het slachtoffer was rechtsbijstand verzekerd. Samen met haar verzekering heeft zij de appellant meermaals aangeschreven met het verzoek te laten weten of hij een aansprakelijkheidsverzekeraar was. De appellant heeft hierop gereageerd met de boodschap dat het slachtoffer een aansteller was. Het slachtoffer zag zich uiteindelijk genoodzaakt een procedure bij de rechtbank te starten om haar schade van de appellant vergoed te krijgen. Zij kreeg bij de rechtbank gelijk. De appellant was het niet met dit vonnis eens en heeft hoger beroep ingesteld. Het arrest van het Gerechtshof vindt u hier terug.
Wat vindt het Gerechtshof
Bij een ongeval dat in het buitenland plaatsvindt gelden twee vragen. Allereerst de vraag wáár de rechtszaak moet plaatsvinden en de tweede vraag is welk recht die rechter moet toepassen. Het kan dus zijn dat een rechter het recht van een ander land moet toepassen.
Binnen de Europese Unie zijn er verordeningen die deze vragen regelen, om ervoor te zorgen dat het recht in alle landen gelijk is. De vraag waar de zaak moet plaatsvinden wordt beantwoord in de herschikte EEX-verordening. Volgens de hoofdregel uit artikel 4 wordt een onderdaan van een land uit de Europese Unie opgeroepen in het land waar hij woont. Nu de appellant in Nederland woonde ten tijde van het ongeval, dient de zaak dus in Nederland gehouden te worden.
De vraag welk recht de Nederlands rechter moet toepassen wordt beantwoord in Verordening Rome II. Immers vond het ongeval in Oostenrijk plaats en kan het daarom logisch zijn dat ook het Oostenrijkse recht moet worden toegepast. Dit is ook de hoofdregel uit Rome II, het land waar de schade zich voordoet (in dit geval, de letselschade in Oostenrijk) is het land diens recht moet worden toegepast. Echter, er is een belangrijke uitzondering in artikel 4 lid 2 van Rome II. Als degene wiens aansprakelijkheid in het geding is, en degene die schade lijdt, beiden hun gewone verblijfplaats in hetzelfde land hebben op het tijdstip waarop de schade zich voordoet, is het recht van dat land van toepassing. Omdat zowel het slachtoffer als de appellant in Nederland woonde, is dat recht van toepassing.
Ander voorbeeld
Maar wat nou als een Franse skiër een Nederlandse snowboardster had aangeskiet in Oostenrijk? Dan had volgens de hoofdregels uit artikel 4 van de herschikte EEX-verordening en Rome II de Franse rechter het Oostenrijkse recht moeten toepassen.
Het vonnis van de rechtbank houdt stand
Het Nederlandse Gerechtshof mag dus op basis van het Nederlandse recht deze zaak beoordelen, maar dat is eigenlijk een geluk. Dit gaat alleen op als zowel het slachtoffer en de dader dezelfde nationaliteit en land hebben.
Het Gerechtshof heeft in deze zaak tot slot ook geoordeeld dat de appellant aansprakelijk is voor de schade van het slachtoffer, ondanks het feit dat er in deze situatie sprake was van een sport- en spelsituatie, waarvoor een verhoogde drempel van aansprakelijkheid geldt. De zeer onervaren skiër had namelijk de vier eerste, en belangrijkste, regels van het Fédération Internationale du Ski (FIS) geschonden. Deze regels luidden als volgt:
- Iedere skiër of snowboarder moet zich zo gedragen, dat hij anderen niet in gevaar brengt of schade toebrengt.
- Iedere skiër of snowboarder moet op basis van zichtbaarheid bewegen. Iedere skiër of snowboarder moet zijn snelheid en wijze van bewegen aanpassen aan zijn eigen capaciteiten, de toestand van de piste, de sneeuw- en weersgesteldheid en de verkeersdichtheid.
- Wanneer een skiër of snowboarder een ander van achteren nadert moet hij zijn spoor zo kiezen, dat hij een voor hem bewegende skiër of snowboarder niet in gevaar brengt.
- Inhalen mag van boven of van beneden en van rechts of van links, mits op zodanige afstand dat de ingehaalde op geen enkele wijze in zijn bewegingen wordt belemmerd.
Conclusie
Een ongeval in het buitenland brengt veel juridische vraagstukken met zich mee, vooral over welke rechter zich over die zaak moet buigen en welke rechtsregels dan moeten worden toegepast. Binnen de Europese Unie zijn er verordeningen opgesteld die deze vragen regelen. De hoofdregel is dat de zaak moet worden aangebracht in het land waarin de aangesproken persoon woont en dat het recht van toepassing is van het land waar het ongeval plaatsvond. Dit kan tot hele nare juridische procedures leiden, waarin men mogelijk een buitenlandse advocaat moet inschakelen om zijn recht te halen. Ons advies? Sluit vooral een goede reisverzekering af en heb altijd een schadeverzekering inzittende op uw auto, zodat u de schade volgens uw eigen polisvoorwaarden kan verhalen. En voorkomen is beter dan genezen. Wees voorzichtig.
< VorigeVolgende >
Share on: