Viskotter zinkt door falend lenspompsysteem

Op 23 december 2020 zonk de Nederlandse viskotter UK-160 Riemda voor de kust van Frankrijk. Alle opvarenden konden worden gered. Tijdens het binnenhalen van een van de visnetten maakte het schip een plotselinge slagzijbeweging naar stuurboord. Bij controle op het visverwerkingsdek, constateerde een bemanningslid dat het dek aan stuurboordzijde anderhalve meter onder water stond en dat de stuurboord lenspomp niet werkte.

De pomp bleek vastgelopen te zijn door een stuk touw. Het lukte niet om de lenspomp te herstarten. Ook lukte het de bemanning niet om het schip weer recht te krijgen. Het schip helde verder naar stuurboord waardoor een visafvalstortkoker water begon te scheppen. Het luik van deze koker werd in een later stadium afgesloten. Ondanks deze maatregelen bleef het schip verder naar stuurboord hellen. Toen de slagzij meer dan 50 graden over stuurboord betrof, kwam de luchtinlaat van de machinekamer onder water, waardoor het achterschip volliep met water.

De bemanningsleden hebben het schip verlaten toen het schip met 90 graden slagzij in het water lag. Alle bemanningsleden hebben het ongeval zonder ernstige verwondingen overleefd.

Uit het onderzoek is gebleken dat de directe oorzaak van het vergaan van de UK-160 Riemda niet valt samen te vatten in een enkele oorzaak. Zeker is dat de eerste aanleiding een aanzienlijke overtollige hoeveelheid water op het visverwerkingsdek is geweest, die op progressieve wijze moet zijn binnen gedrongen. Uit het onderzoek is geen eenduidige oorzaak naar voren gekomen voor de wijze waarop deze hoeveelheid water op het visverwerkingsdek terecht is gekomen, maar dit gegeven op zich zou niet mogen leiden tot het vergaan van een schip. Dat dit uiteindelijk wel is gebeurd komt door een aaneenschakeling van meerdere falende barrières.

Specifiek te noemen vallen:

  1. Een falende lenspomp en het niet continu beschikbaar hebben van een back-up lenspomp systeem.
  2. Het niet aanspreken van de algemene hoogwatersensor (visverwerkingsdek).
  3. Het openstaan van de afsluitbare visafvalstortkoker.
  4. De onvoldoende waterdichte integriteit van het schip.

Een algemene conclusie is dat de bemanning alle mogelijkheden benut heeft om het vergaan van het schip te voorkomen. Duidelijk werd echter dat binnen de tijdspanne die hiervoor beschikbaar was, de situatie gaandeweg verder verslechterde en dat op een gegeven moment de situatie zonder hulp van buitenaf onoplosbaar was.

Aanbevelingen

Op basis van het onderzoek naar het voorval met de UK-160 Riemda komt de Onderzoeksraad tot de volgende aanbevelingen.

Aan de eigenaar VOF Brands:

1. Houd rekening met de impact die tussentijdse structurele aanpassingen aan het scheepsontwerp kunnen hebben op de waterdichte integriteit van het schip. Meld tussentijdse structurele aanpassingen direct aan de toezichthouder.

Aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat:

2. Verscherp de regelgeving omtrent de waterdichtheid van compartimenten waar de visverwerking plaatsvindt, zodat het overstromen van een visverwerkingscompartiment geen aanslag kan vormen op de waterdichte integriteit van andere compartimenten.

3. Pas de wet- en regelgeving omtrent de verplichting tot het hebben van een continue back-up in de lenssystemen voor dit type vissersschepen zodanig aan dat deze ook gewaarborgd wordt in het geval van slagzij. Borg daarnaast middels een Beleidsregel / Technische verordening dat er sprake is van een adequate brugalarmering indien een lenspomp uitvalt.

Aan Stichting Sectorraad Visserij en de internationale brancheorganisaties Visserij (Visplatform, Fishing Industry Safety Group, Confederación Española de Pesca, Europêche en Fishing Industry Safety & Health Platform): 

4. Deel de lessen uit dit onderzoek met de relevante partijen in de (inter-)nationale visserij- en scheepsbouwsector en met name met de eigenaren van vergelijkbare vissersschepen. Besteed daarbij specifiek aandacht aan:

  1. Het vergroten van het bewustzijn met betrekking tot het risico van (afsluitbare) huidopeningen in waterdichte compartimenten.
  2. Het voorzien in een afdoende, continu beschikbaar back-up van de lenssystemen, die ook blijven functioneren in geval van slagzij van het vissersschip.
  3. Het in stand houden van voldoende stabiliteit in geval van tussentijdse aanpassingen aan het scheepsontwerp.
  4. Het rekening houden met mogelijke veiligheidsrisico’s die ontstaan bij aanpassingen aan het scheepsontwerp.

 

Bron: Onderzoeksraad voor veiligheid - Foto: Bram Pronk
Geplaatst op 14-09-2023

< VorigeVolgende >


Share on: