Global Wealth Report 2021 van Allianz: Sparen van thuis

Allianz bracht vandaag de elfde editie van zijn Global Wealth Report uit, waarin het vermogen en de schuld van huishoudens in bijna 60 landen onder de loep worden genomen.

Gered van de crisis
2020 was een jaar van extreme tegenstellingen. Het coronavirus verwoestte miljoenen levens en inkomens en stortte de wereldeconomie in de diepste recessie sinds de Tweede Wereldoorlog. Tegelijkertijd mobiliseerden monetaire en fiscale beleidsmakers onvoorstelbare bedragen om de economie, de markt en de bevolking te ondersteunen. Met succes: de inkomens werden gestabiliseerd en de beurzen herstelden snel. Dankzij deze ruggensteun doorstonden de huishoudelijke inkomens de coronacrisis: de wereldwijde bruto financiële activa* stegen in 2020 zelfs met 9,7% en bereikten voor het eerst de magische grens van 200 biljoen euro.

Sparen was de grootste motor: door de lockdown waren er minder mogelijkheden om te consumeren. Zo werd 'gedwongen sparen' wereldwijd de regel. Vers spaargeld steeg in 2020 met 78% naar 5,2 triljard euro, een absoluut record. De instroom in bankdeposito’s – de standaardoptie van gedwongen sparen, waarbij onuitgegeven inkomsten gewoon op de bankrekening blijven staan – ging bijna maal drie (+187%). Bankdeposito's waren goed voor de helft of meer van het vers spaargeld in alle markten. Hierdoor groeiden de bankdeposito’s wereldwijd voor het eerst met een dubbelcijferig percentage van 11,9%; de vorige piekgroei bedroeg 8% in het boekjaar 2008. Terwijl de effecten van de activaklasse – gesteund door de sterke beurzen – met 10,9% groeiden, lieten de activa van verzekeringen en pensioenfondsen een veel kleinere groei optekenen met 6,3%.

*Financiële activa omvatten cash en bankdeposito’s, tegoeden van verzekeringsmaatschappijen en pensioeninstellingen, waardepapier (aandelen, obligaties en beleggingsfondsen) en andere tegoeden.

Gevaccineerd
Ondanks een ingetogen start, aanhoudende bottlenecks in de wereldhandel en het opduiken van nieuwe virusvarianten en, daarmee samenhangend, nieuwe beperkingen, zal het mondiale bbp in 2021 sterk groeien. Dat is te danken aan de vaccinatiecampagne, die economieën in staat stelt te heropenen en (deels) terug te keren naar normaliteit. Bovendien blijven het soepele monetaire beleid en de royale fiscale steunmaatregelen van kracht. Het gevolg voor spaarders over de hele wereld? Behoudens grote beurscorrecties zou 2021 opnieuw een goed jaar voor hen moeten worden, met een globale groei van de financiële activa wereldwijd van circa 7%.

“De cijfers zijn op het eerste gezicht indrukwekkend”, zegt Ludovic Subran, hoofdeconoom van Allianz. “Maar je moet verder kijken dan dat. De meeste gezinnen deden niet echt aan sparen, maar zetten hun geld gewoon opzij. Al dat inactieve geld op bankrekeningen is een gemiste kans. In plaats daarvan zouden gezinnen beter investeren in hun pensioen en de groene transitie, om als samenleving het hoofd te kunnen bieden aan belangrijke uitdagingen, zoals het klimaat en de demografische veranderingen. Ik ben een beetje bang dat gezinnen uiteindelijk buitenmatig gaan consumeren ter compensatie, wat de inflatie zal aanwakkeren. We hebben dringend een nieuwe 'spaarcultuur' nodig.”

Langdurige COVID
In 2020 zijn de financiële activa in de opkomende markten (+13,9%) opnieuw sneller gegroeid dan in de geavanceerde markten (+10,4%), waarmee zij na drie jaar terugkeren naar het vertrouwde groeipatroon. Daardoor is ook de welvaartskloof tussen rijke en arme landen iets kleiner geworden. De trendomslag die we vorig jaar hebben vastgesteld, het opnieuw uit elkaar drijven van armere en rijkere landen, lijkt daarmee voorlopig gestopt. Het is echter nog (veel) te vroeg om te stellen dat dit definitief zo is. Hoewel veel ontwikkelingslanden in het eerste jaar van de pandemie verrassend goed presteerden, zijn er aanwijzingen dat de gevolgen en uitdagingen op de lange termijn – van onvoldoende vaccinatie en omgevormde toeleveringsketens tot de digitale en groene transformatie – vooral de armere landen zouden kunnen treffen.

Hetzelfde kan worden gezegd van de verdeling van de nationale rijkdom. Hoewel de middenklasse in veel landen kleiner werd en het aandeel in de totale nationale rijkdom zag afnemen, lijken de immense sociale transfers, althans in 2020, erin geslaagd om het verder uit elkaar drijven van de welvaartsklassen te voorkomen. Maar dit mooie liedje zal wellicht niet lang duren wanneer de overheidssteun afloopt en de directe gevolgen van de crisis, het verlies van miljoenen banen, opnieuw voelbaar worden. Bovendien heeft de crisis tot een aanzienlijke verslechtering van het onderwijs geleid. Op die manier zal COVID wellicht de sociale immobiliteit nog vergroten. De geleidelijke afkalving van de middenklasse is slechts tijdelijk tot stilstand gebracht.

“De pandemie is een veel grotere uitdaging voor de armere landen”, zegt Patricia Pelayo Romero, co-auteur van het rapport. “De economische ontwikkeling zal in deze groep landen waarschijnlijk veel langer vertraagd worden omwille van COVID dan in geavanceerde markten. Maar de echte uitdaging komt daarna: in de post-pandemische wereld zal het voor hen steeds moeilijker worden om hun comparatieve voordeel uit te spelen, gezien de blijvende veranderingen op technologisch en politiek vlak en ook qua levensstijl. Het geleidelijk dichten van de mondiale welvaartskloof – de bepalende ontwikkeling in de afgelopen decennia – zal niet langer vanzelfsprekend zijn.”

Nederland: sterke groei van 9,5% in financiële activa
Het bruto financieel vermogen van Nederlandse gezinnen steeg in 2020 met 9,5%, ruim boven het West-Europese gemiddelde van 5,8%. De voornaamste drijvende kracht waren de activa van verzekerings- en pensioenfondsen, die meer dan twee derde van alle financiële activa uitmaken en met maar liefst 10,8% stegen, mede dankzij de dalende rentevoeten, waardoor zij voor het tweede jaar op rij een groei met dubbele cijfers lieten optekenen. De andere grote vooruitgang in 2020 situeerde zich bij de bankdeposito's, die met 9,7% stegen, de hoogste stijging sinds 2000. Deze stijging werd aangewakkerd door een recordinstroom van vers spaargeld, die in 2020 steeg met maar liefst 97%. Bij de effecten daarentegen zagen we maar een bescheiden groei van 3,7%, een weerspiegeling van de belabberde prestaties van de Nederlandse beurs en het feit dat Nederlandse spaarders – in tegenstelling tot de meeste van hun buren – beleggingen op de kapitaalmarkt schuwden.

De passiva stegen met 2,3%, iets onder het regionale gemiddelde van 3,0%. Voor Nederland is dat echter de snelste stijging in meer dan tien jaar. Naarmate de economische productie in 2020 kromp, steeg de schuldquote (passiva in % van het bbp) tot 111%, een van de hoogste ratio's wereldwijd (regionaal gemiddelde: 79%). Het netto financieel vermogen tot slot steeg met maar liefst 18,5%. Met een netto financieel vermogen per capita van 128.560 euro staat Nederland op de 4e plaats in de ranglijst van de 20 rijkste landen (financieel vermogen per capita, zie tabel). Bovendien zijn de Nederlandse gezinnen niet alleen twee keer zo rijk als hun Franse en Duitse buren, maar zijn ze zijn binnen Europa ook een van de weinigen die de afgelopen twee decennia wisten op te klimmen in de ranglijst. Het Nederlandse pensioenstelsel is een erg goede zaak voor de burgers. Andere Europese landen zoals Italië, Frankrijk, België of Groot-Brittannië kenden sinds 2000 een grote terugval in de ranking. Daardoor ziet de top 10 er vandaag de dag anders uit dan in 2000: het is meer een Scandinavisch-Aziatische aangelegenheid geworden, al voeren de VS en Zwitserland nog steeds de boventoon.

Voor 2021 is een minder dynamische ontwikkeling te verwachten, omdat de stijgende rentevoeten de activa van verzekerings- en pensioenfondsen wellicht in toom zullen houden, vergelijkbaar met 2017 of 2018 – toen de financiële activa in principe stabiel bleven.
Geplaatst op 07-10-2021

< VorigeVolgende >


Share on: