Nederlandse industrie ondanks malaise voorzichtig optimistisch
Albert Jan Swart is sectoreconoom bij ABN AMRO. Binnen de afdeling Sector Advisory richt hij zich op de sectoren Industrie en Transport & Logistiek. Hij doet onderzoek naar nieuwe ontwikkelingen, bijvoorbeeld op het gebied van technologie of de arbeidsmarkt.
Foto: Albert Jan Swart
Ondernemers zien eindelijk een lichtpuntje aan het eind van de tunnel. Voor het eerst in maanden zijn ondernemers in de Nederlandse industrie weer voorzichtig optimistisch over de productie over twaalf maanden. Dankzij de versoepeling van ‘lockdowns’ in veel Europese landen zien ondernemers de toekomst in 2021 weer iets rooskleuriger in.
Op de korte termijn is de crisis echter nog niet voorbij, zo blijkt uit de Nevi inkoopmanagersindex. De index verbeterde weliswaar van 40,5 over mei naar 45,2 over juni, maar noteert nog steeds onder de 50 en duidt daarmee op een afname van de bedrijfsactiviteit. Ook de deelindicatoren voor de productie en de nieuwe orders duiden nog altijd op lagere productie. De orderportefeuilles blijven in hoog tempo slinken. Een zorgwekkende ontwikkeling, want als de orderportefeuilles uiteindelijk leeg raken en de vraag niet aantrekt, droogt de omzet helemaal op.
De industrie heeft niet alleen last van een gebrek aan orders. Doordat er minder vraag is, staan ook de afzetprijzen sterk onder druk, waardoor de omzet nog verder daalt. Daarnaast kampen ondernemers nog steeds met ontregelde internationale toeleveringsketens, waardoor de levertijden van onderdelen verder oplopen. Veel industriële ondernemers letten dan ook nog steeds scherp op de kosten. Zo sneden zij in juni verder in het aantal banen en kochten ze nog minder voorraad in om de kaspositie op peil te houden. Op die manier proberen ze deze korte maar zeer heftige crisis te overleven.
Producenten van consumentengoederen als voedselverpakkingen voor de horeca zien het aantal nieuwe orders toenemen, maar de vraag naar investeringsgoederen herstelt nog niet. De nog altijd lage inkoopmanagersindices in binnen- en buitenland duiden op een negatief sentiment bij ondernemers. ABN AMRO verwacht dat dit negatieve sentiment ook op de langere termijn een drukkend effect heeft op de economische groei.
Momenteel neemt de economische activiteit toe ten opzichte van de periode van de ‘lockdowns’. De economie herstelt echter niet volledig. Om het virus in te dammen zijn immers nog steeds maatregelen van kracht die een rem vormen op de economische groei. Daarnaast is het sentiment bij ondernemers en consumenten nog steeds negatief, wat leidt tot minder investeringen en consumentenbestedingen. Uit de forse toename van het aantal besmettingen in de Verenigde Staten in de laatste weken blijkt dat het virus nog steeds een bedreiging vormt voor de economie, aangezien overheden opnieuw harde maatregelen moeten treffen.
Naar verwachting trekken de investeringen voorlopig niet aan, mede doordat het aantal faillissementen en de werkloosheid de komende tijd toenemen. ABN AMRO verwacht dat de eurozone in het vierde kwartaal van 2020 en het eerste kwartaal van 2021 te maken krijgt met een nieuwe recessie. Het lijkt er dus op dat de industriële productie niet krachtig kan herstellen voor 2021.
Bron: ABN AMRO - Albert Jan Swart Sectoreconoom Industrie, Transport & Logistiek bij ABN AMRO Bank N.V.
Volgende >
Share on: